Ando Brandbeveiliging

Wettelijke basis voor BHV

Bedrijfshulpverlening (BHV) is de hulp die wordt verleend bij ongewenste gebeurtenissen in een organisatie, die de veiligheid en/of gezondheid van de werknemers en andere aanwezigen bedreigen (zoals brand en ongevallen).

In de Richtlijn 89/391/EEG, van 12 juni 1989, van de Raad van de Europese Gemeenschappen, betreffende de tenuitvoerlegging van maatregelen ter bevordering van de verbetering van de veiligheid en de gezondheid van de werknemers op het werk, zijn verplichtingen vastgelegd voor werkgevers en werknemers over veiligheid en gezondheid op het werk. Alle landen van de Europese Unie moeten deze richtlijn verwerken tot nationale wetgeving en in Nederland is dit terug te vinden in de Arbeidsomstandighedenwet. In deze wet wordt onder andere gesproken van het verlenen van deskundige bijstand op het gebied van bedrijfshulpverlening. Werknemers die deze deskundige bijstand binnen een bedrijf of instelling verlenen, worden bedrijfshulpverleners (BHV’ers) genoemd. Alle bedrijfshulpverleners van een organisatie vormen samen de BHV-organisatie. Sinds 1994 is bedrijfshulpverlening in organisaties verplicht. Voor sommige organisaties worden uitzonderingen gemaakt, maar als bijzondere gevaren aanwezig zijn, kan worden bepaald dat deze regel ook op hen van toepassing is.  

Maatgevende factoren

Taken bedrijfshulpverleners

Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever dat doeltreffende verbindingen worden onderhouden met externe hulpverleningsorganisaties, zoals de brandweer en de ambulance. Dit is van belang voor noodsituaties waarin de deskundigheid en hulpmiddelen van de bedrijfshulpverleners niet toereikend zijn, zoals bij een grote brand of reanimatie.

Risico-inventarisatie en -evaluatie
Iedere organisatie die de veiligheid en gezondheid van werknemers en andere aanwezigen wil garanderen, dient te beginnen met een risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E). Als basis voor het te voeren arbeidsomstandighedenbeleid legt de werkgever hierin schriftelijk vast welke risico’s de arbeid voor de werknemers met zich mee brengt. Een plan van aanpak, waarin is beschreven welke maatregelen zullen worden genomen om die risico’s te bestrijden, kan aan de hand van de RI&E worden gemaakt. In dit plan van aanpak wordt opgenomen binnen welke termijn de maatregelen zullen worden genomen. Nadat de meeste risico’s aan de hand van het plan van aanpak zijn beperkt, zullen altijd een aantal risico’s overblijven. Dit worden restrisico’s genoemd. Voorbeelden van restrisico’s zijn brand, ongeval en alle andere risico’s die van tevoren niet zijn uit te sluiten. 

BHV-plan
Het BHV-plan wordt opgesteld op basis van de restrisico’s vanuit de RI&E en de maatgevende factoren. Het BHV-plan wordt schriftelijk vastgelegd en periodiek herzien. In het BHV-plan staat beschreven welke maatregelen en voorzieningen het bedrijf heeft genomen om na een ongeval of incident tijdig en op de juiste wijze te kunnen reageren.

BHV-organisatie
Een BHV-organisatie omvat alle personen die ten aanzien van de bedrijfshulpverlening taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden hebben. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de BHV-organisatie zijn schriftelijk vastgelegd en de leden van de BHV-organisatie worden schriftelijk aangesteld. De werkgever kan zelf de BHV-taken op zich nemen, maar moet wel ten minste één werknemer aanwijzen die hem vervangt bij zijn afwezigheid. Binnen de BHV-organisatie zijn bedrijfshulpverleners aangesteld die zijn belast met minimaal de hieronder vermelde taken. 

Aantal bedrijfshulpverleners
Op basis van de risicoscenario’s en naar aanleiding van het aantal personen dat nodig is om alle maatregelen die beschreven zijn in het BHV-plan adequaat te kunnen uitvoeren, wordt het benodigde aantal bedrijfshulpverleners vastgesteld. De restrisico’s (RI&E) en de maatgevende factoren die voor de organisatie gelden, spelen hierbij een grote rol. Tevens wordt bij de bepaling van het aantal hulpverleners rekening gehouden met hun afwezigheid, bijvoorbeeld ten gevolge van ziekte, verlof, etc. Steeds moet worden gegarandeerd dat alle taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden binnen de BHV-organisatie adequaat en doelmatig worden vervuld. Zo kan het noodzakelijk zijn dat in een organisatie waar zich veel niet-zelfredzame personen bevinden (zoals kinderen, senioren, patiënten of gehandicapten), alle werknemers worden opgeleid op de (deel)taken van bedrijfshulpverlening, omdat al deze werknemers nodig zijn voor een adequate uitvoering van de in het BHV-plan beschreven maatregelen. Naast de medewerkers die ‘dedicated’ BHV’er zijn, worden de overige medewerkers dan bijvoorbeeld opgeleid op de onderdelen communicatie en ontruiming. 

Opleiding en certificering
In Nederland is het volgen van een opleiding voor iedere bedrijfshulpverlener door de Arbeidsomstandighedenwet verplicht gesteld. Onafhankelijk waar een opleiding is gevolgd, is het voor een bedrijfshulpverlener mogelijk een vakbekwaamheidscertificaat te halen om aan te kunnen tonen dat de benodigde kennis en vaardigheden worden beheerst en de vereiste competentie is bereikt. Officieel geaccepteerde vakbekwaamheidscertificaten worden uitgegeven volgens ISO 17024:2003 door een geaccrediteerde certificatie-instelling. Deze certificaten zijn daardoor zowel in Nederland (volledig) als internationaal (behoudens soms afwijkende wettelijke bepalingen) geaccepteerd. NIKTA is de grootste certificatie-instelling in Nederland die persoonscertificaten BHV en Acute Zorg uitgeeft volgens de internationale standaard NEN-EN-ISO/IEC 17024:2003.